Warning: Undefined array key "nl" in /home/stud330394/public_html/pages/blog-articolo.php on line 39

Warning: Undefined array key "HTTP_ACCEPT_LANGUAGE" in /home/stud330394/public_html/template/header.php on line 25

Warning: Cannot modify header information - headers already sent by (output started at /home/stud330394/public_html/pages/blog-articolo.php:39) in /home/stud330394/public_html/template/header.php on line 61
Europees Aanhoudingsbevel en Recht op Verdediging: Een Analyse van Arrest nr. 50684 van 2023 | Advocatenkantoor Bianucci

Europees Aanhoudingsbevel en Verdedigingsrechten: Een Analyse van Arrest nr. 50684 van 2023

De recente beschikking nr. 50684 van 29 september 2023 van het Hof van Cassatie raakt een cruciaal thema binnen het Europese strafrecht: het recht van de verdachte op technische verdediging in een strafzaak, met name wanneer het gaat om uitspraken die bij verstek zijn gedaan. Deze kwestie valt binnen de context van het Europees Aanhoudingsbevel, een mechanisme dat de overlevering van gezochte personen tussen de lidstaten van de Europese Unie mogelijk maakt.

De Zaak en de Prejudiciële Vragen

Het Hof van Cassatie achtte het gepast om de zaak voor te leggen aan het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJEU) om te verduidelijken of het recht op technische verdediging als een fundamenteel recht moet worden beschouwd, zoals vastgelegd in artikel 6 van het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU) en het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie. In het bijzonder betreffen de gestelde prejudiciële vragen:

  • Of het recht op technische verdediging in een strafzaak behoort tot de rechten die worden gewaarborgd door het EVRM en het Handvest van de grondrechten;
  • Of een veroordeling bij verstek zonder advocaat toch kan voldoen aan het recht op verdediging;
  • Of een staat de overlevering kan weigeren van een verdachte die bij verstek is veroordeeld en geen adequate verdediging heeft genoten.
Veroordeelde persoon "in absentia" zonder bijstand van een advocaat – Mogelijkheid voor de veroordeelde om herziening van het proces met verdedigingsgaranties te verkrijgen – Voldoende – Mogelijkheid voor de aangezochte staat om overlevering te weigeren – Voorwaarden – Prejudiciële verwijzing naar het HvJEU. Met betrekking tot het Europees Aanhoudingsbevel moet de oplossing van de volgende prejudiciële vragen worden voorgelegd aan het Hof van Justitie van de Europese Unie, op grond van artikel 267 VWEU: a) of artikel 6 VEU aldus moet worden uitgelegd dat het recht van de verdachte op technische verdediging in een strafzaak behoort tot de rechten die zijn vastgelegd in het Handvest van de grondrechten en de fundamentele rechten die worden gewaarborgd door het EVRM en die voortvloeien uit de gemeenschappelijke constitutionele tradities van de lidstaten van de Europese Unie, die het erkent als algemene beginselen van het recht van de Unie en die de kaderbeslissing 2002/584/JBZ van de Raad van de Europese Unie van 13 juni 2002, betreffende het Europees aanhoudingsbevel en de procedures van overlevering tussen de lidstaten, verplicht zijn te eerbiedigen; b) of, in bevestigend geval, het recht van de verdachte op technische verdediging in een strafzaak toch als geëerbiedigd kan worden beschouwd indien het veroordelingsvonnis is uitgesproken tegen een verdachte die bij verstek is veroordeeld en niet werd bijgestaan door een advocaat, naar zijn keuze of aangewezen door de procedurele rechter, hoewel het onderworpen is aan het potestatieve recht van de verdachte zelf, na overlevering, om herziening van het proces met verdedigingsgaranties te verkrijgen; c) of, bijgevolg, artikel 4 bis van kaderbeslissing 2002/584/JBZ van de Raad van de EU, ingevoegd door kaderbeslissing 2009/299/JBZ van de Raad van de EU van 26 februari 2009, aldus moet worden uitgelegd dat de aangezochte staat de mogelijkheid heeft om de tenuitvoerlegging van een Europees aanhoudingsbevel, uitgevaardigd met het oog op de tenuitvoerlegging van een vrijheidsstraf of vrijheidsbenemende maatregel, te weigeren indien de betrokkene niet persoonlijk is verschenen op de zitting die is geëindigd met de beslissing, zelfs wanneer de voorwaarden van lid 1, onder d), van hetzelfde artikel 4 bis vervuld zijn, maar de betrokkene niet werd bijgestaan door een advocaat, naar zijn keuze of ambtshalve aangewezen door de procedurele rechter.

Implicaties van de Uitspraak

Deze beschikking van het Hof van Cassatie vertegenwoordigt een belangrijke stap in de bescherming van de fundamentele rechten van verdachten. Het ontbreken van een advocaat tijdens een strafzaak kan het recht op verdediging ernstig aantasten, een kernbeginsel van een eerlijk proces, vastgelegd in artikel 111 van de Italiaanse Grondwet en artikel 6 van het EVRM. De uitspraak benadrukt daarom de noodzaak om te waarborgen dat elke verdachte, ongeacht zijn aanwezigheid in de rechtszaal, kan profiteren van een adequate verdediging.

Conclusies

Concluderend, de beschikking nr. 50684 van 2023 van het Hof van Cassatie verduidelijkt niet alleen het belang van het recht op verdediging in een Europese context, maar nodigt ook uit tot reflectie over de wijze van implementatie van verdedigingsgaranties in het kader van het Europees Aanhoudingsbevel. De bij het HvJEU voorgelegde kwestie kan aanzienlijke gevolgen hebben voor de toekomst van strafrechtelijke procedures in Europa, waarbij de nadruk wordt gelegd op het belang van een evenwicht tussen veiligheid en de bescherming van de fundamentele rechten van individuen.

Advocatenkantoor Bianucci