Arrest nr. 37523 van 2 juli 2024, gedeponeerd op 11 oktober 2024, biedt een belangrijke reflectie op de therapeutische proeftijd, met name wat betreft de toegangsvoorwaarden tot deze alternatieve strafmaatregel. De onderhavige zaak, behandeld door het Hof van Cassatie, verduidelijkt de grenzen en regels die van toepassing zijn wanneer de uit te zitten gevangenisstraf vier jaar overschrijdt.
Het Hof heeft herbevestigd dat, om toegang te krijgen tot therapeutische proeftijd, de opgelegde straf niet meer dan zes jaar mag bedragen, of vier jaar indien deze betrekking heeft op delicten van artikel 4-bis van wet nr. 354 van 26 juli 1975. Dit artikel betreft bijzonder ernstige delicten, zoals maffia-associatie of drugshandel.
Het is van fundamenteel belang op te merken dat, zoals bepaald in het arrest, de virtuele splitsing van de straffen niet is toegestaan indien de uit te zitten straf vier jaar overschrijdt. Dit betekent dat straffen niet gesplitst kunnen worden om binnen de wettelijke grenzen voor toegang tot deze maatregel te vallen.
Alternatieve strafmaatregelen - Therapeutische proeftijd - Voorwaarden - Uit te zitten gevangenisstraf niet meer dan vier jaar voor een titel die ook delicten van artikel 4-bis van het Wetboek van Strafrecht omvat - Uitsluiting van splitsing van de straffen. Wat betreft de therapeutische proeftijd, aangezien de toegangsvoorwaarde tot de maatregel vereist dat de opgelegde of nog uit te zitten gevangenisstraf beperkt is tot zes jaar, of tot vier jaar indien deze betrekking heeft op een executoriale titel die delicten van artikel 4-bis van wet nr. 354 van 26 juli 1975 omvat, is de virtuele splitsing van de straffen niet toegestaan, in geval van een uit te zitten straf van meer dan vier jaar, om de reeds uitgezeten straf toe te rekenen aan de betreffende delicten.
Deze kernbepaling verduidelijkt niet alleen de minimale toegangsvoorwaarden, maar benadrukt ook het belang van consistentie bij de toepassing van de regels, waarbij interpretaties worden vermeden die de bedoeling van rechtvaardigheid en afschrikking van de wet kunnen ondermijnen.
Arrest nr. 37523 van 2024 vertegenwoordigt een belangrijke stap in de definitie van alternatieve strafmaatregelen in Italië. Door de tijdelijke grenzen en de voorwaarden voor therapeutische proeftijd te verduidelijken, biedt het Hof van Cassatie een nuttig referentiepunt voor juristen en juridische professionals. Het belang van het naleven van de wettelijke bepalingen, met name met betrekking tot de delicten van artikel 4-bis, is essentieel om een eerlijke en rechtvaardige toepassing van de wet te garanderen, terwijl tegelijkertijd de fundamentele beginselen van ons strafrechtelijk systeem worden beschermd.