Arrest nr. 22307 van 7 augustus 2024, uitgesproken door het Hof van Cassatie, behandelt een onderwerp van aanzienlijk belang op het gebied van intracommunautaire leveringen van alcoholhoudende dranken onder het regime van btw-vrijstelling en accijnsopschorting. In het bijzonder heeft het Hof zich uitgesproken over de geschiktheid van de douanestempel op het derde administratieve begeleidingsdocument (DAA3) als bewijs van de levering van de goederen. Deze beslissing, naast het verduidelijken van regelgevende aspecten, heeft diepgaande gevolgen voor bedrijven die betrokken zijn bij de handel in alcoholhoudende producten.
Intracommunautaire leveringen van alcoholhoudende producten worden beheerst door specifieke nationale en Europese voorschriften, waaronder het wetsdecreet nr. 504 van 1995, dat de accijnsregeling regelt. De regelgeving bepaalt dat dergelijke transacties in aanmerking kunnen komen voor fiscale vrijstellingen, mits er adequaat bewijs is van de levering van de goederen bij het douanedepot van bestemming.
In het onderhavige geval betwistte de belastingdienst het bestaan van de leveringstransacties en achtte de ingediende documentatie ontoereikend. Het Hof herhaalde een fundamenteel beginsel en benadrukte dat de enkele douanestempel niet als voldoende bewijs kan worden beschouwd bij het ontbreken van de voltooiing van de afwikkelingsprocedure.
In het algemeen. Wat betreft intracommunautaire leveringen van alcoholhoudende producten onder het regime van btw-vrijstelling en accijnsopschorting ex art. 6 e.v. van wetsdecreet nr. 504 van 1995, betwist door de belastingdienst als niet-bestaand, is de douanestempel op het derde administratieve begeleidingsdocument (DAA3) niet geschikt om de levering van de goederen bij het douanedepot van bestemming te bevestigen, bij gebreke van de voltooiing van de afwikkelingsprocedure.
Deze verklaring onderstreept het belang van het correct volgen van de wettelijk voorgeschreven procedures, zodat bedrijven geen problemen ondervinden met betrekking tot het aantonen van de legitimiteit van hun commerciële transacties.
Bedrijven die actief zijn in de verkoop van alcoholhoudende dranken moeten aandacht besteden aan verschillende aspecten, waaronder:
Het arrest vormt een belangrijke leidraad voor bedrijven, die ervoor moeten zorgen dat alle fasen van hun transacties gedocumenteerd en geverifieerd zijn, om zo boetes en geschillen met de belastingdienst te voorkomen.
Concluderend biedt arrest nr. 22307 van 2024 een belangrijke reflectie op de vereisten die nodig zijn om de levering van goederen bij intracommunautaire leveringen aan te tonen. Bedrijven moeten zich bewust zijn van de voorschriften en procedures die gevolgd moeten worden om juridische en fiscale problemen te voorkomen. Adequate documentatie en naleving van de regelgeving zijn cruciale elementen voor een effectief en conform commercieel beheer.