Arrest nr. 44502 van 15 november 2024, uitgesproken door het Hof van Cassatie, biedt belangrijke verduidelijkingen over de behandeling van vooronderzoeken betreffende voortdurende delicten. In het bijzonder heeft het Hof bepaald dat, indien nieuwe elementen naar voren komen die de voortzetting van de criminele gedraging na het verstrijken van de termijn van artikel 405 van het Wetboek van Strafvordering aantonen, het openbaar ministerie bevoegd is om een nieuwe registratie uit te voeren tegen dezelfde verdachte.
De kwestie die in het arrest wordt behandeld, valt binnen het kader van het vooronderzoek en de afsluiting ervan. Artikel 405 van het Wetboek van Strafvordering stelt een termijn voor de afronding van het onderzoek, maar in het geval van voortdurende delicten kan de illegale gedraging zich in de tijd voortzetten. Dit roept vragen op over de mogelijkheid om op te treden bij nieuw bewijs. Het Hof, dat de legitimiteit van een nieuwe registratie bevestigt, verduidelijkt dat er geen beperkingen zijn aan de bruikbaarheid van elementen die vóór deze registratie naar voren zijn gekomen.
Dit arrest heeft verschillende praktische implicaties:
Voortdurend delict - Verstrijken van de termijn ex art. 405 Wetboek van Strafvordering - Voortzetting van de gedraging - Nieuwe registratie tegen dezelfde verdachte - Legitimiteit - Gevolgen. Indien tijdens het vooronderzoek met betrekking tot een voortdurend delict nieuwe elementen naar voren komen die de voortzetting van de gedraging na het verstrijken van de termijn van artikel 405 van het Wetboek van Strafvordering aantonen, kan het openbaar ministerie legitiem een nieuwe registratie uitvoeren tegen dezelfde verdachte, zonder enige beperking op de bruikbaarheid van de elementen die vóór deze registratie naar voren zijn gekomen met betrekking tot het segment van het voortdurende delict waarnaar zij verwijzen.
Concluderend vertegenwoordigt arrest nr. 44502 van 2024 een belangrijke stap in de Italiaanse jurisprudentie met betrekking tot voortdurende delicten. De mogelijkheid van nieuwe registraties door het openbaar ministerie, in aanwezigheid van nieuwe elementen, garandeert niet alleen een flexibelere en rechtvaardigere aanpak van langdurige delicten, maar biedt ook een grotere bescherming aan slachtoffers. Het is essentieel dat juridische professionals deze aanwijzingen in overweging nemen om een correcte toepassing van de wet te garanderen.