Arrest nr. 48114 van 26 oktober 2023, uitgesproken door het Hof van Cassatie, behandelt een cruciaal onderwerp in het faillissementsrecht: de strafrechtelijke aansprakelijkheid van bestuurders van kapitaalvennootschappen in geval van frauduleus faillissement. Dit arrest, dat een eerdere beslissing van het Hof van Beroep van Lecce verwerpt, verduidelijkt de grenzen van de aansprakelijkheid van bestuurders met betrekking tot de benoeming van vereffenaars en hun inschrijving in het handelsregister.
De centrale kwestie betreft de gevolgen van de benoeming van vereffenaars, die volgens het arrest effect hebben vanaf het moment van hun inschrijving in het handelsregister. Dit impliceert dat bestuurders strafrechtelijk aansprakelijk zijn voor gedragingen die tot dat moment zijn gepleegd, tenzij zij zich eerder hebben teruggetrokken. Dit beginsel is bijzonder relevant in een context van frauduleus faillissement, waar de timing en de wijze van ontbinding van de vennootschap de persoonlijke aansprakelijkheid van bestuurders aanzienlijk kunnen beïnvloeden.
Ontbinding van een kapitaalvennootschap - Benoeming van de vereffenaar - Geldigheid van de benoeming - Inschrijving in het handelsregister - Voorafgaande feiten - Strafrechtelijke aansprakelijkheid van bestuurders - Bestaan - Grenzen. Wat betreft frauduleus faillissement, in geval van ontbinding en vereffening van een kapitaalvennootschap, heeft de benoeming van vereffenaars effect vanaf het moment dat deze is ingeschreven in het handelsregister, zodat de bestuurders van de vennootschap, behoudens het geval waarin zij zich eerder hebben teruggetrokken, strafrechtelijk aansprakelijk zijn voor de tot dat moment gepleegde gedragingen.
Dit arrest vertegenwoordigt een belangrijke verduidelijking voor juridische professionals en ondernemers. De strafrechtelijke aansprakelijkheid van bestuurders is immers een delicaat onderwerp en vaak onderwerp van geschillen. Het Hof herhaalt dat, tot de inschrijving van de benoeming van de vereffenaars, bestuurders wettelijk verantwoordelijk worden gehouden voor de acties en nalatigheden van de vennootschap. Dit impliceert dat, in geval van eventuele onregelmatigheden, bestuurders zelfs na de formele ontbinding van de vennootschap vervolgd kunnen worden.
Concluderend biedt arrest nr. 48114 van 2023 een belangrijke reflectie op de strafrechtelijke aansprakelijkheid van bestuurders van kapitaalvennootschappen. Het begrijpen van de grenzen en voorwaarden van hun aansprakelijkheid is essentieel om juridische problemen te voorkomen in het proces van ontbinding en vereffening van vennootschappen. Bestuurders moeten bijzondere aandacht besteden aan de wijze van benoeming van vereffenaars en de tijdigheid van de inschrijving in het handelsregister, om zich adequaat te beschermen en te handelen in overeenstemming met de geldende wetgeving.