De uitspraak nr. 16514 van 23 februari 2024, gedeponeerd op 19 april 2024, door de Rechtbank van Nocera Inferiore, vertegenwoordigt een belangrijke uitspraak op het gebied van de tenuitvoerlegging van strafvonnissen. In het bijzonder richt deze zich op de noodzaak om de capaciteit van de veroordeelde om bewust deel te nemen aan de procedure te waarborgen, en stelt dat de afwijzing van een verzoek om een deskundigenonderzoek met dit doel ernstige gevolgen kan hebben, waaronder de nietigheid van de procedure zelf.
De kwestie van de capaciteit van de veroordeelde wordt geregeld door artikel 666, lid 8, van het Wetboek van Strafvordering, dat bepaalt dat in bijzondere gevallen een bijzondere curator kan worden aangesteld om de betrokkene te beschermen. De onderhavige uitspraak verduidelijkt dat, hoewel de tenuitvoerleggingsprocedure zonder de aanwezigheid van de veroordeelde kan plaatsvinden, de verificatie van zijn capaciteit van fundamenteel belang is om een correcte bescherming van de individuele rechten te waarborgen.
Gedocumenteerd verzoek om deskundigenonderzoek naar de capaciteit van de veroordeelde om bewust deel te nemen aan de procedure - Afwijzing - Gevolgen - Nietigheid van algemene orde met intermediair regime - Redenen. Wat betreft de tenuitvoerlegging, is de afwijzing van het verzoek - vergezeld van passende medische certificering - om een deskundigenonderzoek te gelasten naar de capaciteit van de veroordeelde om bewust deel te nemen aan de procedure, een oorzaak van nietigheid, aangezien, hoewel de tenuitvoerleggingsprocedure zonder de aanwezigheid van de betrokkene kan plaatsvinden, deze verificatie functioneel is voor de eventuele aanstelling van een bijzondere curator die de noodzakelijke procesrechtelijke bescherming waarborgt, overeenkomstig artikel 666, lid 8, van het Wetboek van Strafvordering. (Conf.: nr. 1643 van 1993, Rv. 194731-01).
De beslissing van de Rechtbank benadrukt dat een verzoek om een deskundigenonderzoek, vergezeld van passende medische documentatie, niet genegeerd kan worden. De afwijzing van een dergelijk verzoek ondermijnt niet alleen het recht op verdediging van de veroordeelde, maar leidt ook tot een situatie van nietigheid van de procedure. Deze uitspraak strookt met het beginsel van een eerlijk proces zoals vastgelegd in artikel 111 van de Grondwet en artikel 6 van het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens (EVRM), dat het recht op een eerlijk proces garandeert.
Concluderend benadrukt uitspraak nr. 16514 van 2024 het belang van de bescherming van de rechten van veroordeelden, door te waarborgen dat ieder individu bewust kan deelnemen aan zijn eigen procedure. De gevolgen van de afwijzing van een verzoek om een deskundigenonderzoek zijn duidelijk: men riskeert niet alleen de nietigheid van het proces, maar ook de schending van fundamentele rechten. Het is essentieel dat juridische professionals zich bewust zijn van deze dynamiek om een rechtvaardige en respectvolle rechtspraak voor iedereen te waarborgen.