Warning: Undefined array key "nl" in /home/stud330394/public_html/pages/blog-articolo.php on line 39

Warning: Undefined array key "HTTP_ACCEPT_LANGUAGE" in /home/stud330394/public_html/template/header.php on line 25

Warning: Cannot modify header information - headers already sent by (output started at /home/stud330394/public_html/pages/blog-articolo.php:39) in /home/stud330394/public_html/template/header.php on line 61
De Beoordeling van Politie-Voorafgaande Gegevens voor de Geringheid van de Feit: Analyse van de Uitspraak 20123/2025 | Advocatenkantoor Bianucci

De Beoordeling van Politievooronderzoeken voor de Geringheid van de Feiten: Analyse van Arrest 20123/2025

Artikel 131-bis van het Wetboek van Strafrecht is een cruciaal instrument om het gerechtelijk systeem te ontlasten, door de strafbaarheid voor feiten van bijzondere geringheid uit te sluiten. De toepassing ervan kan echter complex worden, vooral wanneer de gewoonte van het gedrag van de verdachte moet worden beoordeeld in aanwezigheid van politievooronderzoeken. Het is juist op dit delicate evenwicht dat de recente en belangrijke uitspraak van het Hof van Cassatie, Arrest nr. 20123 van 29 mei 2025, ingrijpt. Deze beslissing biedt essentiële verduidelijkingen over de beoordelingscriteria en vertegenwoordigt een fundamenteel referentiepunt voor een meer waarborgende toepassing van het strafrecht.

Artikel 131-bis Sv: Vereisten en Uitdagingen

Geïntroduceerd in 2015, staat artikel 131-bis Sv toe de strafbaarheid uit te sluiten voor gedragingen die, hoewel ze een misdrijf vormen, een minimale inbreuk vertonen. De belangrijkste vereisten zijn de geringheid van de schade of het gevaar, de wijze van handelen en, cruciaal, de niet-gewoonte van het gedrag. Dit laatste aspect is vaak het meest controversiële. De norm beoogt te voorkomen dat het strafrechtelijk systeem wordt geactiveerd voor misdrijven van gering belang, maar vereist een zorgvuldige verificatie dat de dader geen "gewoontecrimineel, beroepscrimineel of crimineel uit neiging" is en niet meerdere misdrijven van dezelfde aard heeft gepleegd. De aanwezigheid van politievooronderzoeken, zelfs als deze niet tot definitieve veroordelingen hebben geleid, heeft vaak onzekerheid gegenereerd over de mogelijkheid om het voordeel toe te kennen, met risico op interpretaties die de onschuldpresumptie schenden.

Arrest 20123/2025: Een Fundamenteel Principe voor Gerechtigheid

Het Hof van Cassatie heeft met Arrest nr. 20123 van 29 mei 2025 (Voorzitter R. M., Rapporteur S. P.) de zaak behandeld van verdachte J. S., voor wie het Hof van Beroep van Rome de toepasbaarheid van artikel 131-bis had uitgesloten op basis van politievooronderzoeken en een arrestatie, zonder adequate verificatie. Het Hooggerechtshof heeft de beslissing vernietigd met verwijzing, en een duidelijk en waarborgend principe vastgesteld. We citeren de volledige hoofdgedachte:

Inzake de uitsluiting van strafbaarheid wegens bijzondere geringheid van de feiten, kunnen politievooronderzoeken tegen de verdachte als symptomatisch voor de gewoonte van het misdrijf worden beschouwd, wat de toekenning van het voordeel belemmert, op voorwaarde dat de feitelijke elementen die daaruit voortvloeien, de eventuele verdedigingsargumenten – ook met betrekking tot het bestaan van rechtvaardigings- of niet-strafbaarstellingsgronden van de gedraging – en de uitkomsten van de meldingen, dat wil zeggen hun eventuele inschrijving in het register van strafbare feiten en de aanvang van een strafprocedure, worden geverifieerd. (Ter toepassing van het principe heeft het Hof de aangevochten uitspraak vernietigd, die eerdere overdrachten, gemeld door de koper in de onderzoeksfase, evenals een eerdere arrestatie, als indicatief voor gewoonte had beschouwd, zonder na te gaan of de eerste, nooit in tegenspraak onderzocht, en de tweede tot andere procedures hadden geleid).

Deze uitspraak verduidelijkt dat de loutere aanwezigheid van politievooronderzoeken niet volstaat om de toepassing van art. 131-bis Sv te verhinderen. Het Hof vereist een diepgaande en substantiële verificatie, die verder gaat dan de loutere formele lezing van de aantekeningen. In het bijzonder is het noodzakelijk om te verifiëren:

  • De concrete feitelijke elementen die aan de vooronderzoeken ten grondslag liggen.
  • Eventuele verdedigingsargumenten, inclusief rechtvaardigings- of niet-strafbaarstellingsgronden.
  • De uitkomst van de meldingen: of deze hebben geleid tot inschrijving in het register van strafbare feiten en de aanvang van een strafprocedure.

De beslissing benadrukt het belang van het tegensprekelijk beginsel en de noodzaak om elk bewijselement kritisch te beoordelen, waarbij automatismen worden vermeden die de rechten van de verdachte kunnen schaden. Dit is een interpretatie die de bescherming van een eerlijk proces en de onschuldpresumptie versterkt.

Praktische Implicaties en Wettelijke Verwijzingen

Dit arrest heeft aanzienlijke gevolgen voor de gerechtelijke en verdedigingsactiviteiten. Voor rechters brengt het een grotere bewijslast met zich mee, die een gedetailleerde analyse van de vooronderzoeken vereist. Voor advocaten biedt het een solide argumentatie om de uitsluiting van het voordeel op basis van onvoldoende geverifieerde vooronderzoeken te betwisten. De uitspraak sluit aan bij conforme jurisprudentie (bv. Cass. nr. 10796/2021) en de oriëntatie van de Verenigde Kamers (Cass. Sez. Un. nr. 13681/2016), en consolideert een waarborgende interpretatie. De belangrijkste wettelijke verwijzingen zijn art. 131-bis Sv en art. 73 lid 5 van het Koninklijk Besluit 309/1990 (Consolidatie Wet Verdovende Middelen), vaak aangehaald in contexten van geringheid van de feiten.

Conclusies: Naar een Rechtvaardiger en Gematigder Gerechtigheid

Arrest 20123/2025 van het Hof van Cassatie vertegenwoordigt een significante stap voorwaarts naar een meer weloverwogen en waarborgende toepassing van artikel 131-bis Sv. Door het belang van een substantiële verificatie van politievooronderzoeken te benadrukken, heeft het Hof herbevestigd dat de loutere aanwezigheid van meldingen niet volstaat om de niet-strafbaarheid wegens bijzondere geringheid van de feiten te ontzeggen. Deze aanpak bevordert een gerechtigheid die de inhoud onderzoekt, ervoor zorgt dat de wettelijk bepaalde voordelen toegankelijk zijn voor degenen die daar recht op hebben, automatismen vermijdt en de onschuldpresumptie beschermt. Een belangrijke waarschuwing voor alle juridische professionals, zodat elke beslissing het resultaat is van een zorgvuldige en volledige analyse, ten gunste van een rechtvaardiger en efficiënter rechtssysteem.

Advocatenkantoor Bianucci